Buiten worden andere eisen gesteld aan een elektrische installaties dan binnen. Met name aan de vochtbestendigheid en robuustheid. Daarom worden er andere materialen gebruikt dan bij installaties binnen. Buiten wordt er met kabel en kabeldozen gewerkt. De kabeldozen moeten worden voorzien van wartels om de kabels in te kunnen voeren. Als de kabels zijn ingevoerd moeten de wartels worden vastgedraaid zodat zij de kabels vastklemmen. Werk de wartels eventueel waterdicht af met wat siliconenkit. Probeer kabels niet aan de bovenkant in te voeren, dit kan vocht problemen voorkomen. Het is gemakkelijker om de kabels in buizen te monteren. Gebruik hiervoor slagvaste hostalit (grijs) buis 3/4″ dan past 5-aderige kabel er ook gemakkelijk in. Hostalit heeft voor buiten gebruik betere eigenschappen dan gewone pvc buis. Ook past de grijze kleur beter bij kabel. De bochten kunnen open worden gehouden. Hou ook rekening met het aantal draden in de kabels die je trekt, Je kunt er bij kabel niet gemakkelijk een draad bij trekken. De kabels zijn van het type XmvK of Ymvk.
In de grond wordt er gewerkt met kabels met een metalen afscherming, bijvoorbeeld het type YmvK-as (as= afscherming). Verder worden in de grond de kabels verbonden d.m.v. een gietmof of een speciale lasdoos waar giethars in wordt gegoten om een waterdichte afsluiting te krijgen.
Welke materialen heb je nodig?
- 16mm en/of 19mm hostalit slagvaste buis (grijs)
- Hostalit sokken 16mm/19mm
- PVC lijm
- Kabeldozen
- Wartels
- Klemzadel / drukzadels
- Spijkerclips
- RVS zadels
- Schroeven/pluggen
- Kabel 3 aderig/ 4 aderig / 5 aderig
- Grondkabel
- Kabelmoffen
- Lasdoppen
- Kroonstenen
- Spatwaterdicht schakelmateriaal
Welke gereedschappen heb je nodig?
- Rolmaat en bouwpotlood
- Waterpas
- Junior ijzerzaag
- Buigveer 16mm/19mm
- Kabelmes
- Hamer
- Veiligheidsbril
- Werk handschoenen
- Werk kleding
- Veiligheidsschoenen
- Boormachine
- Schroefmachine
- Trekveer
- Diverse schroevendraaiers
- Kniptang
- Striptang
- Combinatietang
- Duspol / Universeelmeter
- meer op de gereedschappen pagina
Stappenplan voor een installatie buiten
Stap 1: Ontwerp de installatie
Maak een ontwerptekening, dit kan een schets zijn met potlood en papier of een digitale versie, software om dit te doen kun je downloaden op de website van Proficad. Zie hiervoor de ontwerp pagina
Stap 2: Plaatsen bepalen en aftekenen
Bepaal in de ruimte waar de wandcontactdozen, verlichting en schakelaars gewenst zijn de plaatsen waar deze moeten komen. Probeer alle maten wel consequent aan te houden in je project.
Teken de wandcontactdozen, schakelaars en verlichtingspunten af op de muren met een bouwpotlood. Zorg dat dit later niet meer zichtbaar is.
Bepaal waar de kabeldozen komen, deze dienen als plaats waar de leidingen bij elkaar komen. Per 1 of 2 aftakkingen wordt een kabeldoos geplaatst. Als er al een kabeldoos aanwezig is welke behouden kan worden probeer dan de bestaande leidingen te hergebruiken. Probeer de kabeldozen altijd bereikbaar te houden.
Kijk waar eventueel de huidige voedingsleidingen vandaan komen of waar een nieuwe moet komen.
Pas eventueel de tekening aan als er veranderingen zijn
Stap 3: Oude installatie verwijderen
Sluit de voedingsspanning af door de juiste groep uit te zetten in de meterkast en controleer dit met een duspol. Hang eventueel een briefje erbij met het bericht dat er wordt gewerkt aan de installatie zodat deze niet per ongeluk weer wordt aangezet. Let op! misschien zijn er wel meerdere groepen. Verwijder alle oude overbodige installatie indien nodig. Kijk goed wat je nog kunt hergebruiken.
Stap 4: Zadels, lasdozen en montagedozen monteren
Monteer de montage dozen t.b.v. de wandcontactdozen en schakelaars. Als dit op een stenen muur vastgezet wordt moeten er eerst gaatjes worden geboord met pluggen erin. Doe dit met een 5 of 6mm steenboor. Verdeel hierna de zadels tussen de kabeldozen en montagedozen en monteer deze. De eerste zadel zit op 10cm van een kabeldoos of montagedoos. De zadels zitten horizontaal maximaal 40cm uit elkaar en verticaal 50 cm maar minder afstand mag ook.
Stap 5 : Buis aanleggen
Maak de hostalit buizen op maat met behulp van een junior ijzerzaag en leg de buizen in de zadels. De buizen kunnen ongeveer 5 cm voor elke wartel stoppen.
Stap 6 : Draden en kabels trekken
Als de buizen en kabeldozen zijn geplaatst is het tijd om deze te voorzien van bekabeling. Pel de kabels aan voordat je deze in de wartels van de lasdoos of montagedoos invoert.
Kabel in de grond
Om een kabel in de grond te leggen moet er een kuil worden gegraven van minimaal 50 cm diep. Kabels in de grond moeten zijn voorzien van een aardscherm. De litze van het aardscherm moet worden gekoppeld aan een aardleiding. De bedrading in de kabel is omgeven door het aardscherm, als er dus een schep doorheen steekt maakt je altijd kortsluiting en schakelt de zekering en/of aardlekschakelaar uit. Veilig dus. Het type kabel is YmvK-as of XmvK-as. Een las maken in de grond maken is ook mogelijk, dit doen we met een gietmof. Hierin wordt kunsthars gegoten waardoor een waterdichte afsluiting wordt gecreëerd.
Welke draden bij welk aansluitpunt?
Afhankelijk van de kabel kan voor bruin ook zwart worden gebruikt. Je kunt hier de bedradingsschema’s vinden van de meest voorkomende schakelingen in een huisinstallatie.
- Wandcontactdoos= bruin/fase + blauw/nul + geelgroen/aarde
- Lichtpunt= zwart/schakeldraad + blauw/nul + geelgroen/aarde
- Schakelaar enkelpolig of dimmer= bruin/fase + zwart/schakeldraad
- Schakelaar wissel of dimmer= bruin/fase + 2 x zwart/schakeldraad of 3 x zwart/schakeldraad (1 hiervan gaat naar de lamp, dit is de P of L)
- Schakelaar/wandcontactdoos combinatie= bruin/fase + blauw/nul + zwart + geelgroen/aarde
- Schakelaar wissel/wandcontactdoos combinatie= bruin/fase + blauw/nul + 2 x zwart + geelgroen/aarde
- Schakelaar kruis= 4 x zwart/schakeldraad
- Wandcontactdoos 2x230V= 2x bruin/fase + 2xblauw/nul + geelgroen/aarde
- Wandcontactdoos 400V= 3x bruin/fase + blauw/nul + geelgroen/aarde
- Centrale ventilator 3 standenschakelaar= meestal bruin/fase + 2 x zwart/schakeldraad.
- Jaloezie standenschakelaar= bruin/fase + 2 x zwart/schakeldraad (op/neer)
Stap 7 : Afmonteren
Las hierna de juiste draden af in iedere kabeldoos. Ik vind het bij het lassen van de draden het makkelijkst om eerst geel/groen (aarde) ,dan blauw (nul), dan bruin (fase) en dan zwart (schakeldraden) aan elkaar te maken. Let op dat bij een kabelinstallatie de bruine en zwarte draden voor zowel de fase als de schakeldraden kunnen worden gebruikt. Het voordeel kan zijn dat als er een foutje in zit dat de schakeldraden vooraan liggen, het is namelijk het meest waarschijnlijk dat de fout hierin zit. Zorg dat de voeding uit staat. Las de draden zorgvuldig met lasdoppen van een goede kwaliteit, bijv. van Wago of Phoenix. In de woningbouw worden vrijwel alleen nog maar steeklasdoppen toegepast. Strip de draden +-11mm aan met een striptang en zorg dat ze recht zijn. Steek ze stevig in de lasdop en trek even aan de draad ter controle of deze goed vast zit. Sluit hierna de wandcontactdozen en schakelaars aan. Dit zijn vaak ook insteek aansluitingen, controleer ook hier of het goed vast zit.
Na het monteren van alle onderdelen kan de spanning er weer op, zet de zekering in de meterkast weer in. Controleer hierna met een duspol of alles ook werkt, ook de aarde……zo ja…..klaar!